Op 27 oktober is de dansvoorstelling Quite Discontinuous, van choreograaf Jasper van Luijk, in première gegaan in Utrecht. De tournee duurt tot eind januari. De centrale vraag in de voorstelling is: hoe reageren we op de dood van een dierbare en hoe herdefinieert een groep zich als er een speler ontbreekt?
De dansvoorstelling wordt uitgevoerd door vier dansers; afwisselend partnerwerk en solo’s. Dit wordt begeleid door een eindeloze stroom van trance-opwekkende soundscapes. Chroreograaf Van Luijk voelt een grote noodzaak een breder publiek in contact te brengen met deze poëtische vertelling rondom de dood. Die motivatie leidde tot Quite Discontinuous.
Aan sommige voorstellingen is een verdiepend programma gekoppeld, bestaande uit een korte lezing over verlies/rouw, waarin de vraag uit de voorstelling (‘Hoe herdefinieert een groep (of individu) zich als er een speler ontbreekt (als iemand overlijdt)?’) en uit een gesprek tussen de choreograaf, het publiek en Brenda Matthijssen (universitair docent Religiepsychologie en onderzoeker op gebied van rouw). Het doel van het verdiepende programma is om mensen aan het denken te zetten en uit te nodigen tot gesprek.
In de tournee komt de voorstelling onder meer in Nijmegen, Zwolle, Utrecht, Maastricht en Amsterdam.
Lees hier een eerdere recensie.
Geef een reactie