Sinds kort ben ik ervaringsdeskundige aangaande bucketlisten. Een bucketlist is een lijst met wensen die je in je leven graag zou willen vervullen. Waarom het ook in Nederland een Engelse naam heeft weet ik niet, alhoewel ik wel snap dat een ‘emmer-lijst’ aanzienlijk minder indrukwekkend klinkt.
Zoals zoveel mensen had en heb ik wensen. In het begin van 2016 dacht ik na over die wensen, met name geïnspireerd door ons werk (zie www.bureaumorbidee.nl). We vertellen anderen namelijk graag dat het leven kostbaar is, dat je je bewust moet zijn van je sterfelijkheid voor het te laat is, et cetera. Ik werd me ervan bewust dat die dingen uiteraard ook voor mezelf gelden. Toen begon het te kriebelen. Want wat zou ik zelf nog graag willen doen voordat het te laat is? Ik had minstens tien gedachten/wensen, vooral gericht op grote reizen. De Trans Siberië Express doen, bijvoorbeeld. Of rondreizen in Amerika. Nog een keer naar St. Petersburg, om het huis van Dostojewski te bezoeken (toen ik er jaren geleden was, was dat huis exact in die week gesloten voor restauratie…).
Er sprong echter één wens uit. Eén wens waarvan ik dacht, als ik dát niet doe voor ik dood ga, dan zou ik er echt van balen. Die wens was walvissen zien zwemmen in de zee (waar anders ook…).
Afgelopen week ben ik naar Ierland, West-Cork, geweest om die wens te vervullen. En je raad het al: ondanks 7 uren op de zee rondvaren, geen walvis gezien. Want walvissen doen niet aan bucketlisten. Zij denken niet, goh, ik wil voor ik dood ga Mariska nog zien. Ik vond dat niet erg. Ik had er rekening mee gehouden. De natuur laat zich niet sturen. Gelukkig maar. Ik heb desondanks een prachtige reis gehad, zeehonden en dolfijnen gezien, en een wonderschone ruige Ierse omgeving (en in heel de rit van twee uren vanuit luchthaven van Cork tot de kustplaats Baltimore, door dorpen en landschappen, geen McDonalds of Ikea gezien. Het kan nog!)
Maar wat wil ik hiermee eigenlijk zeggen? Een paar dingen.
Op de boot in Ierland bedacht ik ten eerste dat ik het goed gedaan heb om nú die reis te maken. Want, stel dat je wacht tot je een ernstige diagnose hebt gekregen, dan heb je waarschijnlijk niet de kans het over te doen. Ik kan, als het goed is, gewoon een tweede reis maken, en een derde, net zolang tot ik wel een walvis zie.
Een tweede ding dat ik bedacht gaat over de keuze die je uiteindelijk altijd hebt in het genieten van je ervaringen. Ik had teleurgesteld kunnen zijn en klagen over een ‘mislukte’ bucketlist reis. Dat deed ik niet. Ik koos ervoor (zonder moeite overigens), erg blij te zijn met wat ik wel had en zag. Ik was met de liefde van mijn leven op een prachtige plek, zag dolfijnen zwemmen, zag wonderschone zonsondergangen. Ik voelde me een gezegend mens.
Een derde ding is de relativering. Is het echt heel erg om dood te gaan zonder een walvis te zien? Ga ik op mijn sterfbed denken: ‘Leuk, die lieve kinderen en lieve man om me heen, fijn dat leven dat ik had, maar tsjongejonge, die walvis die ik niet gezien heb, wat een gemis…’. Ik denk het niet. Een wens als deze is leuk. Is een extra in het leven, en absoluut iets om te proberen uit te voeren. Maar het is niet heilig. Niet op het moment zelf, niet op een sterfbed.
Een bucketlist is, kortom, een aangename manier om je leven af en toe een extra impuls te geven, het helpt je bewust te worden van de eindigheid en relativiteit van het ‘op aarde zijn’. Het is een handvat. Meer niet. Maak je lijst, voer bijtijds uit wat je echt graag wilt doen, maar geniet vooral van wat je hebt. En ‘emmer’ er niet teveel over als het allemaal toch niet lukt of gebeurt. 😉