Al langere tijd wordt her en der de discussie over waardig sterven gevoerd. Een lastige discussie, want wat is waardig? Voor de één zit waardigheid in het ontbreken van pijn op het sterfbed, de ander hecht vooral waarde aan keuzevrijheid rondom de dood; zelf bepalen wanneer het moment daar is.
Op zich een aardige discussie, maar ik vraag me af hoe het zit met de waardigheid ná het sterven? Waardig dood zijn dus? Waardigheid in verband brengen met dood zijn ligt klaarblijkelijk niet echt voor de hand. Toch is het iets waar we wel waarde aan hechten.
Opmerkingen tijdens condoleances als: ‘hij ligt er mooi bij’, of ‘het is net alsof ze slaapt’, geven aan dat het er toe doet hoe we eruit zien als we dood zijn. De waardigheid van de dode wordt verbonden aan hoe hij of zij eruit ziet. Er wordt van alles gedaan om ons op onze laatste reis een uiterlijk mee te geven dat recht doet aan het uiterlijk zoals we dat bij leven hadden. In gevallen waarin dit niet lukt zijn we teleurgesteld, alsof we de dode iets van zijn waardigheid afnemen.
De vraag is of het inderdaad niet meer waardig is als je er niet ‘mooi bijligt’? Is waardigheid verbonden aan het er zo levend, al is het slapend, mogelijk uit zien? Of zit de waardigheid misschien juist in de puurheid van de dood, die ons allemaal terugbrengt naar wat we zijn: een vergankelijk lichaam? Het lijkt alsof waardigheid, zowel in de discussie rondom het waardig sterven als bij denken over waardigheid na de dood verbonden is aan het leven zelf. Er zit een soort ontkenning in van dat wat de dood werkelijk is, namelijk het niet-zijn. Het niet-leven. En niet leven ziet er nou eenmaal anders uit dan wel-leven.
Het zien van een dode die er daadwerkelijk dood uitziet drukt ons met de neus op dat onoverkomelijke feit dat we er allemaal op een dag niet meer zijn. Dat we allemaal op een dag op de tafel van de overledenenverzorger belanden die zijn uiterste best gaat doen ons er mooi uit te laten zien, zodat er waardig afscheid genomen kan worden. Waardigheid is in mijn ogen daarmee meer verworden tot een term die angst voor de dood moet verdoezelen, dan een term die aangeeft dat er aan bepaalde (al dan niet esthetische) normen voldaan is.
Misschien moeten we eens proberen de realiteit in te zien van het niet-leven en daarmee de dood te zien zoals hij is. Geeft dat uiteindelijk niet de waardigheid aan de dode én aan het leven dat diegene leidde voor de dood het stopte?